Programma's

Woon- en leefklimaat

Portefeuillehouders

Wethouder Briels
Wethouder Slaets-Sonneveldt
Wethouder Van den Berkmortel

Ontwikkelingen

Leefbaarheid
Laarbeek is een vitale en toekomstbestendige gemeente waar het goed wonen is. Om dit te blijven wordt voortdurend gewerkt om het dorpse karakter te behouden. Er is aandacht voor voldoende geschikte woningen die aansluiten bij huidige en toekomstige behoeften. Op verschillende manieren spant de gemeente zich in voor een verdere verbetering van natuur, milieu en landschap. Voor de gebiedsontwikkeling aan de Heuvel in Lieshout wordt een integraal plan ontwikkeld. Door de raad is de opdracht gegeven om dit samen met inwoners te doen.

Omgevingsvisie
Op 9 december 2021 heeft de gemeenteraad de Omgevingsvisie buitengebied vastgesteld. De Omgevingswet schrijft een omgevingsvisie voor het gehele grondgebied voor, vast te stellen vóór 1 januari 2025. Dit betekent dat er ook nog voor 1 januari 2025 een omgevingsvisie voor de kernen moet worden opgesteld.
In het buitengebied worden enerzijds steeds meer agrarische bedrijven beëindigd, anderzijds is er de toenemende schaalvergroting. Dat leidt tot vraagstukken met betrekking tot het hergebruik van de vrijkomende agrarische bebouwing en gronden, verloedering en toename van (drugsgerelateerde) criminaliteit. Het gaat dus om economische belangen maar zeker ook om andere waarden zoals gezondheid, agrarisch erfgoed, natuur en landschap, biodiversiteit en klimaat.

Woningbouw
De provincie geeft jaarlijks een bevolkingsprognose en het daaruit voortvloeiende aantal woningen dat in principe gebouwd mag worden. In Laarbeek naderen we deze prognose snel, en zodra we deze bereikt hebben, zijn uit- en inbreidingslocaties niet zondermeer nog realiseerbaar. Kwalitatief en kwantitatief goed onderbouwde plannen, afgestemd met de regio en provincie, geven mogelijkheden om meer te bouwen dan de prognose. Inbreiding gaat daarbij voor uitbreiding. Dit zorgt voor een aantal uitdagingen. Deze locaties zijn schaars en brengen hogere ontwikkelkosten met zich mee dan uitbreidingslocaties. Ook treedt er spanning op ten opzichte van klimaat- en duurzaamheidsdoelstellingen. Verder geeft inbreiding meer kans op bezwaren en dus langere procedures. In onze woonvisie is aangegeven vooral te kiezen voor goedkope woningen; dit zorgt ook ten aanzien van de planexploitatie voor een uitdaging. Er moeten dan ook prioriteiten gesteld worden: welke plannen worden wel en niet uitgevoerd en in hoeverre passen deze binnen de uitwerking van de woonvisie?

Klimaatverandering
Ons klimaat verandert, er komen steeds meer extremen in de weersomstandigheden. Dit vraagt een andere manier van denken van iedereen. De leefomgeving moet namelijk anders ingericht worden om hierop voorbereid te zijn. Hier wordt vanuit het Nationale Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie op gestuurd. De openbare ruimte moet groener worden en we zetten vol in op het uitvoeren van ons natuur- en landschapsbeleid. De huidige beleidsplannen voor openbaar groen (2011) en bomenbeheer (2013) zijn verouderd. Nieuwe uitgangspunten dwingen ons om het onderhoudsniveau van het openbaar groen kritisch tegen het licht te houden en zo nodig te herzien.

Energietransitie
Er zijn toenemende Rijksambities op het gebied van de energietransitie die zich uiten in strengere regelgeving, toenemende gemeentelijke verplichtingen, maar ook subsidieprogramma’s en projecten. Denk aan de duurzame warmtetransitie. Laarbeek voert de Transitie Visie Warmte uit door toe te werken naar een aardgasvrij Laarbeek in 2050. Laarbeek zet in op grootschalige opwek van duurzame energie door onder andere onderzoek te doen naar mogelijkheden voor een windpark, met inachtneming van de conclusies uit de recent gevoerde omgevingsdialoog. Ook zet Laarbeek zich - voor zover dit lokaal mogelijk is - in tegen energie-armoede.

Recreatie en toerisme
In 2021 hebben we samen met de Brabantse Peelgemeentes een regionale marketingorganisatie
opgezet: Land van de Peel. In 2022 wordt de organisatiestructuur voor Land van de Peel en regionale samenwerking op het vlak van vrijetijdseconomie verder vormgegeven. ’t Gulden Land in Aarle-Rixtel en de Blauwe Poort in Beek en Donk worden ontwikkeld voor recreatie en natuur, met de nadruk op natuurontwikkeling.
In de transitie van het buitengebied zijn recreatieve en toeristische ontwikkelingen meer en meer een alternatief voor stoppende agrariërs en veehouders. In de Omgevingsvisie buitengebied zijn de globale kaders gesteld voor deze ontwikkelingen.
Laarbeek profileert zich als Waterpoort van de Peel en spant zich in voor een aantrekkelijk buitengebied met extensieve en laagdrempelige recreatie. De komende periode wordt verder ingezet op (het faciliteren van) kleinschalige recreatieve functies.  

Erfgoed
In 2021 is het nieuwe erfgoedbeleid vastgesteld voor de periode 2021-2026. Hierin is een uitvoeringsprogramma opgenomen. In 2022 worden diverse acties opgepakt zoals het paraplubestemmingsplan archeologie en monumenten en de Kerkenvisie. De inwerkingtreding van de Omgevingswet heeft consequenties voor de bescherming van erfgoed. Om de bescherming goed te waarborgen moeten de nodige acties worden uitgevoerd op korte en lange termijn.

Verkeer
Vanuit de Bereikbaarheidsagenda worden diverse projecten in Laarbeek uitgevoerd zoals de aanleg van diverse snelfietspaden, het opwaarderen van de bushalte bij Bavaria en het oplossen van het knelpunt bij de Beekse brug. Dit knelpunt staat hoog op de politieke agenda. Voor de gewenste oplossing bij de Beekse brug is nog geen overeenstemming met de provincie in verband met de cultuurhistorische waarde van Landgoed Eyckenlust. Er wordt veel overlast ervaren van doorgaand verkeer door de kernen.

Ambities

A. Laarbeek blijft zich profileren als een landelijke, zelfbewuste gemeente die haar positie op
    korte afstand van Helmond en Eindhoven benut door te werken aan een aantrekkelijk
    buitengebied en woon- en leefklimaat. Aantrekkelijk voor zowel de inwoner als de
    (stedelijke) recreant die rust en ruimte ambieert (Profielschets Omgevingsvisie
    Buitengebied). Groei van het aantal woningen en inwoners is geen doel op zich.
B. Tot behoud van het dorpse karakter van de kernen wordt terughoudend omgegaan met
    het bebouwen van open plekken. Er dient in de kernen een goede balans te worden
    gezocht tussen woningbouw, groenbehoud, groenbeleving, speelvoorzieningen en
    klimaatadaptatie (waaronder waterretentie).
C. We zetten in op behoud van de eigen identiteit van de vier Laarbeekse kernen.
D. In het kader van de aanstaande inwerkingtreding van de Omgevingswet wordt toegewerkt
    naar één omgevingsvisie en één omgevingsplan voor het gehele grondgebied van Laarbeek.
E. We blijven streven naar kansen en nieuwe economische dragers voor vrijkomende
    agrarische bedrijfsgebouwen.
F. Laarbeekse jongeren en ouderen hebben de mogelijkheid om in hun eigen dorp passende
   woningen te kopen of te huren. Het aandeel jongeren en ouderen in de vier kernen dient
   zoveel mogelijk op peil te worden gehouden.
G. We streven bij bestaande en nieuwe woonbuurten naar de aanwezigheid van groen op
    korte afstand voor iedereen.
H. Wateroverlast ten gevolge van de klimaatverandering wordt zoveel als technisch en
    financieel mogelijk, voorkomen en teruggedrongen.
I. We blijven investeren in de ombouw naar en het onderhoud van een toekomstbestendige
    openbare ruimte.
J. We zetten in op het verankeren van duurzaamheid in alle beleidsonderwerpen en het
    aanbrengen van focus in concrete duurzaamheidsdoelstellingen.
K. We beschermen het erfgoed en houden het in stand.
L. We werken aan een verbeterde bereikbaarheid en beperken, in het kader van de
    leefbaarheid, de ervaren verkeersoverlast.
M. We stimuleren recreatief en functioneel fietsverkeer.

Lasten & baten

Bedragen x 1.000

11.503

16,7 %

2.704

3,9 %

Deze pagina is gebouwd op 11/24/2022 08:38:02 met de export van 11/16/2022 14:11:31